Wat er onder meer de revue passeerde:
* Amsterdam werd de afgelopen tijd overspoeld door het deelfietsenprobleem, maar maakt nu alsnog een doorstart voor wat betreft het living lab: dat zal draaien rond het beter benutten van stationslocaties.
* In de provincie Utrecht bestaat enerzijds enthousiasme over het op te starten living lab rond het stimuleren van fietsers om andere station te gebruiken en deelfietsen in te zetten samen met het Utrecht Science park. Opvallend is dat er bij overheden meer geld dan creativiteit is; ervaringen met living labs moeten de overheden leren hoe ze in de praktijk problemen kunnen oplossen.
* Voor wetenschappers – bijvoorbeeld die aan de TUE – is het niet altijd makkelijk om twee dingen tegelijk op te starten: een eigen onderzoeksproject en een living ab. Er zijn discours-verschillen tussen onderzoek en praktijk en ook is het eigenaar-/trekkerschap van een living labs niet vaak meteen duidelijk; wie heeft nu de slagkracht om te zorgen dat er iets gebeurt?
* In Zwolle/Dalfsen zal het living lab draaien om de upgrade van de tussenliggende route en het gezamenlijke leerproces: hoe kan daar een succesvolle route ontstaan?
* Kijkend naar Manchester is het (vrijgestelde) projectleiderschap een succesfactor. Als het iemand van een betrokken overheid is, wordt daar door de anderen dan niet kritisch tegenaan gekeken (‘is die partij dan niet te dominant’)? Het is lastig om in je eentje als betrokken partij het voortouw te nemen, omdat je geen draagvlak bij de anderen wilt verliezen; je wilt geheel gezamenlijk optrekken. En wie heeft de capaciteit? De deelnemende personen zijn allemaal druk bezet. Sommige overheden zijn er in gestapt met het beeld dat ze er zelf misschien niet zoveel tijd in hoefden te steken. Dat is echter ook wel naïef, omdat er specifieke ambtelijk en politieke skills nodig zijn om een living lab van de grond te trekken. Wel is het zo dat er een aantal onderzoekers full time op SCF zit; hun rol zou wellicht toch groter kunnen zijn dan nu het geval is. Maar moet je hen opzadelen met puur organisatorische, haast secretariële werkzaamheden? En… hebben zij voldoende voeling met die ambtelijke/politieke ins & outs van de overheidswereld? Is het misschien een idee om elkaar een stoomcursus van drie uur te geven om elkaars werelden beter te leren kennen?
* Een valkuil kan zijn dat je werkelijk van alles aan een opstartend living lab gaat koppelen en dat het bijvoorbeeld teveel alleen een technisch verhaal wordt. Belangrijk lijkt het om een bepaalde focus aan te houden; een stip op de horizon af te speken met alle deelnemende partijen.
* Een andere ervaring is dat je de samenwerking binnen het onderzoeksproject start vanuit een bepaalde beleidsafdeling binnen overheden, maar naar verloop van tijd heb je misschien meer de projectuitvoeringskant binnen organisaties nodig; zo’n wisseling vergt aandacht; hoe draag je de boodschappen goed over?
* Wat zijn eigenlijk de voordelen van het werken met een living lab; is het een zinnig instrument of alleen maar een trendy instrument? Eigenlijk weten we dat nog niet; daarvoor moeten we nog meer ervaring opdoen. Er zijn ook andere instrumenten die als vliegwiel kunnen dienen, zoals de verkiezing tot de Fietsstad van het jaar.
* We hebben al heel veel bereikt; het living lab-instrument is daarbij geen vervanging van andere werkvormen, maar een uitbreiding van onze portfolio.
* We hebben het vaak over betrokkenheid van de gebruiker, maar die doet niet rechtstreeks mee; laten we die niet meer zo in het algemeen noemen, maar laten we specifieker zijn over wie we dan precies als spokesman van welke gebruiker zien in onze experimenten. Het is immers meer een geprojecteerde gebruiker; de gebruiker zit net zo min letterlijk aan tafel als de niet-gebruikers.
* We zijn allemaal in een soort black box binnengetreden toen we met SCF begonnen; het heeft zich nu al ontwikkeld tot iets heel interessants voor alle partijen. Door aan te haken, wordt bezig zijn met de fiets gelegitimeerd. Laten we vieren dat we al zo ver zijn gekomen en al struikelend gezamenlijk verder leren.